Trip around the world

Australië deel 3

Het is ruim 4 weken geleden dat wij jullie hebben geüpdate over onze belevenissen, maar dat is natuurlijk niet zonder reden. De avonturen, bijzonderheden en gekkigheidjes lieten op sommige momenten te wensen over. Of het komt door de toegenomen regendagen of doordat dit gedeelte van Australië ons minder aanspreekt? Geen idee, maar natuurlijk zijn we als volleerde reizigers verder getrokken richting het Zuiden. Hieronder beschrijven we weer een aantal hoogtepunten van onze reis van Brisbane tot aan Melbourne. Daarbij nemen we de weersomstandigheden in Nederland in beschouwing, dus we zullen jullie niet té jaloers maken.   Gold Coast Vanaf Brisbane zijn we naar de Gold Coast gereden. Kilometers strand, hotels, veel toeristen en 's werelds beste surfkust. Het hart van deze beroemde kuststrook heet Surfers Paradise en is vergelijkbaar met de toeristische Spaanse kustplaatsen. Zelf zaten we een plaatsje verder in Burleigh Head, omdat hier meer mogelijkheid was om illegaal te slapen. Tesamen met de locals, die net twee weken vakantie hadden, hebben we 6 dagen op het heerlijke strand liggen bakken en gezwommen in de zee met inmens hoge golven. De hoogste golven die wij in ieder geval ooit hebben gezien. Soms lijkt het net of er een blauwe muur op je afkomt. Dit komt doordat de oceaan hier vrijspel heeft vanaf Zuid- Amerika. De lang gekoesterde droom van Sven om te surfen in de Gold Coast kon dan ook eindelijk in vervulling gaan. Nadeel was dat op de dag van de surfles er een ontzettend harde wind stond, waardoor de golven driemaal zo hoog waren als normaal. Het maximum van 3 seconden staan op de surfplank was dan ook het hoogst haalbare. Snel dus nog maar een keer een plank huren!   Byron Bay Via stad van de hippies, genaamd Nimbin (waar ze zelfs wiet op straat verkopen en waar de ongeschreven regel is dat iedereen dreatlogs moet hebben om ergens binnen te komen), kwamen we aan in Byron Bay. Een kustplaats met dezelfde uitstraling als Surfers Paradise, maar dan voor de eigen bevolking. Het hoogtepunt was de trail die we gelopen hebben naar een vuurtoren die op het meest Oostelijke punt van Australië staat. Je moet er toch geweest zijn he?! Onderweg volop uitzicht over de oceaan en jawel onze grote vrienden, de walvissen, gaven weer een mooie show weg zo'n 50 meter bij ons vandaan. De walvissen zijn nu met hun jongen op terugreis naar Antarctica en wij zitten precies in de goede periode om dat te aanschouwen. We hebben in totaal nu al op 11 verschillende plaatsen spelende walvissen gezien, maar elke keer blijft het toch super speciaal! Kun je het voorstellen dat je lekker op het strand ligt en voor je zie je opeens een walvis uit het water springen? Nou dat dus en dan 11 keer ;) Port Macquarie In dit kustplaatsje zijn we naar een ziekenhuis geweest voor Koala's. De meeste hadden brandplekken op hun kont vanwege bosbranden. Onderweg hierheen gingen we langs Dorrigo national park. Een mooi gebied met watervallen en een uitkijkpunt over de bergen die te bereiken is vanaf een loopplank die boven een vallei loopt. Eng!   Great Lakes Great Lakes is een gebied met landinwaarts drie grote meren midden in de natuur en aan de andere kant verbonden is met de zee. Dat staat natuurlijk garant voor mooie uitzichten. Hoogtepunt hier was een kerk in de buitenlucht aan de voet van een meer (zie foto). Verder zijn er door de natuur ontstane zandduinen, vergeleken met die in Nederland zijn deze echt mega (zie foto). Erg leuk om je opeens in een woestijn te begeven.    Blue Mountains National Park De Blue Mountains zijn één van de topattracties van Sydney en daardoor wereldberoemd. Dit nationale park dankt zijn naam aan de blauwe gloed die er tussen de bergen hangt. In het park zijn veel wandelroutes en spectaculaire uitzichten over valleiën. Het bekendste punt is de three sisters: een rotsformatie met drie uitstekende torens (zie foto). Nadeel is toch wel de bussen volgeladen met Chinezen die vanuit Sydney hier naar toekomen. Met veel ellebogenwerk hebben we de three sisters dan wel op de foto gekregen, zonder dat er een roedel Chinezen voor stond. We zijn twee dagen gebleven in dit park zodat we nog een aantal wandelroutes konden lopen. Sydney hebben we overgeslagen, omdat we nog 5 dagen in deze stad zijn met Oud en Nieuw. Jervis Bay Voordat we richting Jervis Bay gingen, zijn we langs Kiama geweest. In dit plaatsje is een blowhole waar het zeewater onder een grot verdwijnt en het vervolgens omhoog spuit uit een gat in de rots. Leuk om te zien! Jervis Bay is een kustplaats waar een bebost gebied geleidelijk overloopt in het witte zand. Hier hadden we bij een picknick area een mooie plek gevonden om te slapen. Na het eten, afwassen en tandenpoetsen hadden we het idee om nog niet het bed op te maken, maar nog even wat voor ons zelf te doen. Nog geen half uur later begon onze camper te trillen op haar banden en het tafellicht te flikkeren. Aardbeving, dachten wij! Totdat we uit het raam keken en we tot onze verbijstering zagen dat er twee brandweerauto's, met alle toeters en bellen, naast ons waren komen staan. Als kinderen die voor het eerst vuurwerk zagen, liepen we de camper uit om eens even polshoogte te nemen of onze uitlaad rookte. De beste mannen hadden geen oog voor ons en verzamelden met kaarten en al in een picknick-hokje. Wat er toch wel weer hilarisch uitzag. Vervolgens verdwenen ze gegroepeerd in het bos en lieten ons als verlaten jonge hondjes vastgebonden aan een boom en met veel vraagtekens achter. Tot overmaat waren de brandweerauto's in dezelfde staat achter gelaten als dat ze arriveerde, waardoor onze camper tijdelijk veranderde in de hipste discotheek van Jervis Bay. Op het moment dat Martine de sleutel van het contact van de auto's wilde omdraaien, kwamen de mannen terug van hun scoutingavontuur. Na een vriendelijk knikje en handgebaar richting Martine vertrokken de helden op deze memorabele avond in het duister. Tot op de dag van vandaag vragen wij ons af wat ze met zijn 14en gedaan hebben in het bos...   Batemans Bay Batemans Bay is de kustplaats waar de inwoners van Canberra naar toe gaan om verkoeling te zoeken. We kregen een tip van andere reizigers (bedankt Alex en Kim!) dat even verderop bij Pebbly beach kangoeroes op het strand komen. Dat hadden we nog niet eerder gezien. Via een hele mooie route kwamen we aan bij het strand en tegen schemer zagen we inderdaad de kangoeroes vanuit de bosjes het strand opkomen. Een uniek en grappig gezicht om ze in rijtjes achter elkaar te zien springen over het zand. Wat minder leuk was, is dat er ook een aantal tamme kangoeroes bij waren. Nadat ze het geknisper van een zak chips op Sven zijn schoot hadden gehoord, kwamen ze langzamerhand dichterbij. Voor degene die Sven een beetje kennen: zijn zak chips is heilig! Dus je snapt dat de wereld te klein was, toen er eentje bijna met zijn kop in de zak chips zat. Komende dagen eten we dus nog lekker kangoeroe vlees. Canberra Via een mooie route met wijds uitzicht reden we vanuit de kust het binnenland in naar Canberra. Canberra is de hoofdstad van Australië en in het groene hart staan hier dan ook alle overheidsgebouwen, ambassades, nationale musea, etc. We zijn hier twee dagen gebleven en hebben het indrukwekkende War Memorial Museum (nooit geweten dat Australië in zo veel oorlogen heeft gevochten), het Australische nationale museum (veel over de Aboriginals), de nationale bibliotheek (waar het boek van James Cook ligt, de man die Australië ontdekte) en het parlementsgebouw bezocht. Het parlementsgebouw is in een berg gebouwd en ligt temidden van alle bezienswaardigheden. Op de dag dat wij er waren, hadden de ministers net een zitting. Na een security check mochten we dus plaatsnemen in de bezoekersruimte en hebben we het voltallige kabinet even aan het debatteren gezien. Dit doen ze op zijn typisch Engels, iedereen schreeuwt tegen elkaar in en juult elkaar uit. Zeer leuk om mee te maken in vergelijking met onze eigen tweede kamer. Bairnsdale Vanuit deze plaats zijn we met een gratis pondje naar Raymond Island gegaan. Hier leven grote kolonies wilde Koala's. Toen we er eentje gevonden hadden en op de foto wilde zetten, hielp een local ons even om ervoor te zorgen dat de Koala zijn ogen open deed. Heel simpel: trap tegen de boom, die trilling voelt de Koala en wordt dan wakker. Dit kunstje hebben we vervolgens even herhaald bij de 9 Koala's die we in totaal gezien hebben. Wilsons Promontory national park Dit nationale park is één van de populairste parken van Australië. Het park bestaat uit veel walking tracks naar bergtoppen en uitzichtpunten over verschillende baaien. Wij hebben hier onze beenspieren weer wat sterker gemaakt op een drie uur durende loop naar een hoog uitkijkpunt boven op een berg. Het uitzicht was het zeker waard! Hier ligt ook het meest Zuidelijke puntje van Australië, maar helaas was deze weg nog afgesloten vanwege overstromingen van het jaar daarvoor.   Philip Island Philip Island is met een brug verbonden met het vaste land. Het eiland is bekend vanwege haar wereldberoemde pinguin parade, zeeleeuwen en Koala reservaat. Helaas heeft de toerisme ervoor gezorgd dat er voor al deze attracties entree betaald moet worden. We besloten daarom alleen naar de pinguin parade te gaan. Dit zijn de kleinste soort pinguins die er bestaan en tegen het duister het strand op komen en over de duinen lopen naar hun nest. Een erg schatting en grappig gezicht, mede omdat de pinguins erg angstig zijn als ze uit de zee moeten. Te midden van vele Chinezen zaten we een uur voor zonsondergang op een betonnen tribune aan het strand te wachten op de Pinguins. Toen we door de koude wind bijna bevroren waren, kwamen de eerste pinguins aan land. Helaas was het niet toegestaan om foto's te maken, omdat ze daar van schrikken. Op de weg terug vonden wij dat één foto zonder flits wel mogelijk was voor de entreeprijs die we hadden betaald. Sneaky enkele foto's van de vogels genomen, totdat we achter ons twee oudere mensen hoorde zeggen: 'No photos, that is the rule'. En zo gauw iemand ons orders denkt te geven, schiet dat bij ons in het verkeerde keelgat. Vooral als het twee bejaarden zijn die niet eens weten hoe een fototoestel werkt. Martine beet dus fel van haar af, waarop de vrouw besloot een ranger te gaan halen en ons te verklikken. Die confrontatie wilde we natuurlijk niet uit de weg gaan! Wij netjes wachten bij haar man, maar ze kwam niet meer terug. Even later zagen we haar voorbij komen afgevoerd op een golfkarretje voor mensen die moeilijk te been zijn. Zeer waarschijnlijk werd de wandeltocht terug naar het strand voor de vrouw teveel. Zielig maar toch, 1-0! Dandenong Rangers national park Dit park ligt ten Oosten van Melbourne en is bekend omdat je vanaf de top een heel goed uitzicht hebt over Melbourne en omgeving. Op de dag dat wij hier waren was het een zonnige dag, dus we hadden een heel goed uitzicht. Verder kun je in het park een populaire trail lopen genaamd de '1000 steps'. Zoals je al kan raden kwamen we bezweet en al hijgend boven aan...   We zijn nu in Melbourne en op bezoek geweest bij familie van Sven. We hebben hier met het hele gezin gebarbequed en voor het eerst een Australische huis van binnen gezien. Het was een zeer geslaagde dag! Wat ons nu nog rest is de camper uitmesten, schoonmaken, inleveren en dan 14 november naar Tasmanië vliegen. In totaal blijven we daar 16 dagen en het grootste deel verblijven we dan bij familie van Martine. Tasmanië belooft een ontzettend mooie natuur en veel wildlife te hebben. We houden jullie daarom op de hoogte met hopelijk meer avonturen dan deze editie! Omdat Tasmanië bekend staat om haar wildlife, sluiten we dit keer graag af met een lijstje van alle bijzondere dieren die we tot nu toe in het wild gezien hebben. Hopelijk komt hier in ieder geval de Tasmaanse Duivel nog bij; Zwarte beer, herten, krokodillen, kangoeroes en wallabies, koala's, walvissen, dolfijnen, schildpadden, vissen en papagaaien in allerlei mogelijke kleurencombinaties, kakatoes, kookaburra (vogel die het geluid van een aap nadoet), wombat, emu, een hagedissoort van meer dan een meter, slangen, pinguins, zeeleeuwen en nee helaas geen wilde Cassowary. Veel liefs van ons!

Australië deel 2

Hey iedereen, We hebben hier weer veel meegemaakt, maar er zitten ook dagen tussen dat we de hele dag op het strand liggen of aan het rijden zijn. Hieronder weer een verhaal over onze meegemaakte avonturen. Townsville Dit is de hoofdstad van de staat Queensland, waar we de afgelopen weken doorheen trokken. In deze stad wonen slechts 10.000 mensen. Dat is natuurlijk erg weinig voor een hoofdstad, maar niet zo opmerkelijk als je nagaat dat er in heel Australië 20 miljoen mensen wonen. De mensen leven dus erg verspreid in een land dat zelfs groter is dan heel Europa! Enfin, tot zo ver het demografische uitstapje. De stad zelf is een hele schone, mooie en relaxte stad. De eerste stad waar we zelf wel in zouden willen wonen. De highlights waren Castle Hill en prominade Het Strand. Het Strand is een lange boulevard met eettentjes, cafés en zwembaden naast het strand. Castle Hill is een hele hoge berg midden in de stad met uitzicht over de gehele stad en de oceaan.      Airlie beach - Whitsundays - Whitehaven beach Airlie Beach is zegmaar het Lloret de Mar van Australië. Een hoop jongeren, veel barren en een hoop lawaai. Natuurlijk heel gezellig, maar we zijn hier niet gekomen om daar ons geld aan te spenderen. Dat doen we liever aan een trip naar de Whitsundays. De Whitsundays bestaan uit 74 eilandjes die voor de kust liggen. Slechts 7 ervan zijn bewoonbaar en hebben resorts op het eiland voor de toeristen. Wat deze eilandengroep zo uniek maakt is dat de stranden hagelwit zijn en de zee hemelsblauw. Whitsunday Island is de bekendste en ook het grootste eiland van deze groep. Op dit eiland ligt het strand genaamd Whitehaven Beach en staat genoteerd in de top van de mooiste stranden ter wereld. Een kans om niet te laten liggen dachten wij zo! Nadat we onze rip weer in ons lijf hadden gezet (ja, het was behoorlijk prijzig), gingen we met de snelste boot van de eilandcruises eerst richting het Great Barrier Reef. Hier waren we natuurlijk al eens geweest, maar omdat het reef zo ver doorloopt naar het Zuiden grenst het ook aan deze eilandengroep. Overigens helemaal geen straf om het onderwaterparadijs nog eens te zien! Dit gedeelte van het rif lag dus dichter tegen de eilanden aan en daardoor hebben we dit keer tijdens het snorkelen meer kleurrijke vissen gezien dan de vorige trip. Het beste moment was toch wel dat we over een zeeschildpad zwommen die aan het eten was en dat hij vervolgens tikkertje wilde spelen met Sven. Zwemmen en aanraken van een zeeschildpad kunnen we dus ook van het lijstje strepen. Na het snorkelen ging de boot dan echt volle kracht naar Whitehaven Beach. Ken je dat plaatje van een wit strand met palmbomen, blauw water en een zeilboot voor anker? Dat dus, alleen dan 3x beter! Alsof je een ansichtkaart voor je neus had, of het uit een gefotoshopte catalogus kwam en of het sprookje waarheid bleek te zijn. Het zand was zo wit en fijn dat je er sieraden mee kunt poetsen en het water zo helder dat je het bijna kon drinken. De reden is een vulkaan 200 meter onder het water. Deze stuuwt het witte zand het strand op. Normaal is as van een vulkaan toch altijd zwart? Ja, maar in Australië is natuurlijk altijd alles anders...   Eungella national park Land inwaarts ligt het Eungella national park. Een bebost gebied met als centraal punt de broken river. We hebben hier een hele mooie trail door het regenwoud gelopen, maar belangrijker in de rivier leeft de platteus, in het Nederlands beter bekend als het vogelbekdier. Omdat dit dier erg schuw is, zijn er heel wat skills voor nodig om hem te zien. We voelden alweer een Cassowary-moment aankomen (het dier dus niet te zien krijgen). In het park was een uitkijkpunt gemaakt waar vanaf je een goed uitzicht had op het water. Bij aankomst zagen we daar 4 Duitsers op een opklapstoel zitten en over het water turen. Alsof het een soort sport was zoals vissen, en als wij ergens niet van houden... Met lood in de schoenen gingen we netjes naast hun staan en 'gezellig' meestaren over het water. Onderling praatte zij Duits en hadden wij nou net gelezen dat praten het dier afschrikt. Dus wij op zoek naar een andere spot (op aanwijzing van mensen). Op die gouden plek gingen we onze skills op de proef stellen: stokstijf stilstaan, niet ademen en je voordoen als een boom. Alsof we aan het solliciteren waren als wachter bij de Engelse garde. We bleken natuurtalenten want al vrij snel zagen we bubbeltjes uit het water komen. In onze hoofden speelde de soundtrack van yaws zich af want elk moment konden we de krokodilachtige gaan zien. Het was dan ook een teleurstelling toen het vogelbekdier aan het wateroppervalkte kwam. Je kunt hem namelijk in 1 hand vasthouden, is 40 cm lang en het weegt slechts 1,5 kilo. Toch was het wel een aandoenlijk gezicht. Met zijn 4 poten en platte bek lijkt het enigszins op een kleine bever. Op het moment dat Martine een foto wilde nemen schrok het beestje en dook het naar beneden. Kans gemist! We gingen dus weer op in onze rol in de hoop dat het terug zou komen. Voor iemand van twee meter zou het toch niet zo moeilijk moeten zijn om als boom te fungeren, was het niet dat de muggenfobie uit Amerika steeds grotere vormen begint aan te nemen. Elk kriebeltje gaat gepaard met een grondige inspectie van insecten, zowel op als in de kleren. Uiteindelijk kwam het vogelbekdier terug voor een ware fotoshoot (zie foto) en konden wij weer een dier aan ons lijstje toevoegen.     Cape Hillsborough Cape Hillsborough is een nationaal park met veel groen en een baai. Volgens de lonely planet zouden hier met zonsopkomst kangaroes op het strand lopen. Natuurlijk waren wij net ietwat te laat wakker om hier hoogte van te nemen. Een wekker zetten is natuurlijk geen optie! Wat ons wel op het strand verwelkomde waren zwarte vliegjes, te grote van een naaldenspeld, die je bijten en dan een rood vlekje achterlaten. Binnen een half uur leek het alsof we leden aan een combinatie van de mazelen en waterpokken. De volgende dag hoorden we dat het zandvliegen waren. Waar we die dag ook achter kwamen is dat Martine weer in de overtreffende trap moest gaan. Haar rode vlekken waren getransformeert naar kraters en jeukten als een muggenbeet (zie foto). Na behandeling van anti histamine gelukkig weer de oude vorm teruggekregen tesamen met een nieuwe fobie!   Een volle dag: vanaf Yeppoon, waar we relax op een camping bij het strand hebben gezeten (getipt door twee Nederlanders), rijden we naar het Emu Park. Hier staat een monument ter nagedachtenis aan James Cook, die de gehele Oostkust van Australië heeft ontdekt. We vervolgen onze weg naar Rockhampton, de 'beef' hoofdstad van Australië. Hier brengen we een bezoek aan de Capricorn Caves. Dit is een hoge grot met als centraal punt een grote holle ruimte waar banken in staan en dienst doet als kathedraal. In de kathedraal doet de toergids het licht uit en wordt er het nummer Amazing Grace gedraait. Erg indrukwekkend en veel mensen zijn zichtbaar ontroerd. De kathedraal heeft een akoestiek van 1.9, dat bijna de perfecte klank laat horen. Natuurlijk erg bijzonder voor een door de natuur gemaakte vorm. De dag eindigde bij de gratis dierentuin van Rockhampton. Met trots kunnen we jullie dan ook vertellen: "We've got him", de Cassowary is eindelijk gespot (zie foto). Ook hebben we onze eerste Koala en Wombat gezien. Natuurlijk tellen alleen de wilde dieren mee op ons lijstje, maar de Cassowary was toch wel erg leuk om te zien. Tot slot moesten we natuurlijk de beef hoofdstad in ere houden en hoe kun je dat beter doen dan bij de MacDonalds een beefburger te bestellen!   Harvey Bay In de maanden Augustus tot Oktober zwemmen walvissen vanuit het koude water naar  het warme water van Harvey bay. In het warme water gaan ze lekker samen plonzen, duiken, spelen en helemaal uit hun dak. Een soort zomervakantie oort voor walvissen. Daarnaast zijn ze ook reuze nieuwsgierig en daardoor kunnen boten zeer dichtbij komen en is er een kans dat je ze zelfs kunt aanraken. Dat wilden wij natuurlijk ook! Met onze boot, een catamaran met Nederlandse kapitein, duurde het 2,5 uur voordat we in het warme water waren. Het duurde daarna niet lang voordat we de eerste walvis zagen met jong. Zij hadden waarschijnlijk een avondje doorgetrokken, want ze waren nogal tam. Dus gingen we verder naar een andere groep walvissen. Dat leverde wel mooie plaatjes op (zie foto's). Helaas waren de walvissen deze dag niet ontzettend actief, maar om zulke beesten tot op 10 meter te naderen geeft echt een kick! Op de terugweg werd er een klimtouw achter de boot gespannen om mee te zwemmen: Sven erop, kapitein vol gas, Sven zijn zwembroek weg. Leuk! :-(   Rainbow beach Via Maryborough (een oude stad en de woning van de schrijfster van Mary Poppins), kwamen we aan in Rainbow Beach. Rainbow Beach is een drukke kustplaats met een groot strand en kliffen. Deze kliffen maken de plaats uniek, omdat zij kleuren hebben van geel, diep oranje tot rood. Daarnaast hebben we een trial gelopen naar een inmens grote zandvlakte die op een hoogte van 120 meter ligt (zie foto). Aan de ene kant zie je de zee en aan de andere kant kijk je uit over de stad. In Rainbow Beach kun je goedkoop aan het strand kamperen in een nationaal park. Twee campings zijn toegankelijk voor een normale auto, voor de andere moest je een 4Wdrive hebben. Tenminste dat is wat de informatie aangaf. Bij aankomst op een camping zagen we al dat het erg zanderig was. We besloten dus om eerst te voet een plek te vinden. Op campings van nationale parken is geen elektriciteit, douche of stromend water. Dat betekend dus een biotoilet. In Nederland worden die nog wel eens geleegd, maar hier doen ze het weer iets anders. Ze laten de natuur het werk doen. Oftewel een walm van stank over de hele camping. Nadat we een stankvrij plekje gevonden hadden reden we in onze camper erheen. Even achteruit inparkeren en jawel we zaten vast! De achterkant van de camper stond zegmaar gelijk met de grond. Een soort drijfzand effect. Nogmeer voor schut stonden we toen een klein meisjes aankwam lopen met een roze emmer en schep en met de vraag of we die van haar wilde lenen. Gelukkig kwam haar moeder en zus ons ook een handje helpen. Met veel gegraaf en houtsnippers kregen we de camper vrij. Tot zo ver ons huurcontract met "u mag niet op onverharde wegen rijden". Verderop bij de weg trouwens een andere geschikte plaats gevonden.     Brisbane Via Glass House Mountains national park zijn we naar Brisbane gereden. Glass House Mountains national park zijn een aantal stijle bergen die vanuit het niets uit het vlakke landschap steken. We hebben hier één berg beklommen en zijn naar een lookout punt gereden. Vervolgens zijn we doorgereden naar Brisbane. Onze mondhoeken trokken op van blijdschap toen we het aanzicht van de stad zagen vanaf de snelweg. Na alle stranden en bossen was deze drukke stad met een fraaie skyline een welkome afwisseling. Ook was dit de eerste hoogbouw die we gezien hebben in Australië. De stad zelf is commercieel, druk maar netjes. Voor toeristen is eigenlijk de South Bank de enige juiste plek waar een zwembad zit, verschillende musea en een mooi uitzicht heeft op de stad (zie foto). Verder zijn we nog naar verschillende parken (botanisch) geweest en de shopping district midden in de stad. Met 2,2 miljoen inwoners was deze stad toch meer gericht op de eigen bevolking, want binnen een dag hadden we de stad bekeken.   We sluiten dit keer graag op verzoek van vele af met een beschrijving van hoe onze dagen eruit zien. Hoe zien onze dagen eruit? Australië komt tot leven wanneer de zon opkomt, tussen 5 uur en 6 uur 'S morgens. Onze campervan heeft helaas geen verduisterende gordijnen, dus wanneer we niet van het ochtendlicht wakker worden dan is het wel van de mensen om ons heen. Als we op een camping staan hoor je de autodeuren slaan en wanneer we op een rest area of ander infintieve slaapplaats staan dan worden we wel wakker van de auto's die langsrazen. Omdat we in de campervan alles hebben, proberen we de overnachtingen zo goedkoop mogelijk te houden. Dat betekent dus dat we alleen een camping nemen als we kleren moeten wassen of zelf moeten bijtanken. Vaak is het wel even zoeken naar een geschikte slaapplaats, maar elke nacht op een camping van 30 dollar is ook zonde van het geld. Nadeel is wel dat we dus niet iedere dag een douche tot onze beschikking hebben. De oceaan of een koude douche op het strand biedt dan de oplossing. Nadat we het bed hebben opgeborgen gaan we eerst even lekker ontbijten met jawel, pindakaas (of iets dat erop lijkt)! Vervolgens bekijken we in de lonely planet wat we in de betreffende plaats kunnen doen of gaan we eerst even langs het visitors center. Het beste van Australië is dat je van te voren niks hoeft te regelen of te boeken. Bijna niemand die je hier spreekt weet ook nog wat ze de volgende dag gaan doen. No worries! Volgens ons is dit ook de beste manier om dit land te bereizen. Als je het ergens leuk hebt dan blijf je langer, anders ga je de beste volgende dag weer verder. Elke dag ziet er daarom anders uit. In de avond moet je er wel voor zorgen dat je tegen 18 uur gekookt, gegeten en afgewassen hebt, want als het eenmaal donker is dan gaat Australië slapen. Toch nog iets typisch Nederlands wat we in eer houden, 18 uur eten! We eten opzich nog best gevarieerd met de ene dag pasta met saus, de andere aardappelen of rijst met groente. We liggen dus vaak tussen 18 en 19 uur al in bed film of series te kijken op de tablet. De temperatuur ligt tussen de 22 en 28 graden en we hebben nog bijna geen regen gehad (even afkloppen). In het Australische klimaat leven we nu in de lente en naarmate we meer naar het Zuiden rijden zal de zomer haar intrede doen. Goed vooruitzicht dus! 'S avonds is de hemel echt volgeladen met sterren, vanuit het raam van de camper hebben we al een aantal vallende sterren gespot! Het rijden aan de linkerkant van de weg heeft nog maar aan één bestuurder bijna het leven gekost. Bij het inslaan van een weg die omhoog liep werden we even verrast door een moeder in een pickup truck die in de bocht op ons in kwam rijden. Natuurlijk onze fout, maar zij kon er wel om lachen.    Veel liefs xxx

Australië deel 1

Voordat we van wal steken willen we iedereen even bedanken voor het medeleven met onze reis tot nu toe. We waarderen al jullie mails, whatsapps en reacties op de site. Nadeel is wel dat we in Australië weinig internet hebben vergeleken met de US, vandaar dat we minder vaak/snel reageren. Toen we aankwamen in Australië hadden we eigenlijk geen idee wat we konden verwachten. We hadden zelfs geen echt lijstje met dingen die we moesten zien. Verwachtingspatroon op 0 en gaan. Maar mensen, wat is dit land onbeschrijflijk mooi! We snappen ook voor het eerst wat mensen bedoelen met onbeschrijflijk, want met geen pen is te beschrijven hoe het hier is en aanvoelt. Ik denk dat iedereen die hier al eens geweest is snapt wat we bedoelen. Australië heeft regenwouden, stranden, bossen en vlaktes. Wild waar geeneens een Nederlandse vertaling van is. Kleuren en krachten zoals je in geen ander land ziet etc. Je moet het zelf ervaren om te snappen hoe het is. Australië heeft ons nu al in haar greep en hopelijk niet betoverd als we over 4 maanden weg moeten. We hebben hier alweer veel meegemaakt, maar er zitten ook dagen tussen dat we de hele dag op het strand liggen of aan het rijden zijn. We lichten jullie nu daarom alleen in over onze meegemaakte avonturen, wat meer dan genoeg leesstof zal zijn hoor ;-) Om te beginnen onze 20 uur durende vliegreis van New York naar Cairns met overstap in Los Angeles en Sydney. Naast ons aan het gangpad zat een oude zuurpruim die waarschijnlijk een luier aan had en onder narcose was, want als ze 3x heeft opgestaan dan is het veel. We zaten dus de hele reis in een soort isolement. We moesten namelijk over haar heen om naar de wc te komen. Voor twee jongeren, waarvan eentje 2 meter lang, is dat geen ideale uitgangspositie. Bij aankomst in Cairns hadden we een dag ingeleverd in de tijd vanwege de tijdzones, maar voelde we ons dus 5 jaar ouder. Vervolgens zijn we op zoek gegaan naar een camper, oftewel ons huis op wielen voor de komende 2,5 maand, waarmee we van Cairns naar Melbourne rijden. We hoorden al snel dat we in een gunstige periode kwamen dus er was veel onderhandelingsruimte. Twee dagen verder en genoeg bedrijven tegen elkaar uitgespeeld te hebben, kozen we voor het bedrijf dat voor ons het beste aanvoelde (lees: die de goedkoopste was). We hebben een prima deal gesloten voor een wat ouder model camper maar wel met een verhoogd dak (zie foto). Dus als we ruzie hebben kan er mooi eentje bovenin slapen :-p Vanuit Cairns zijn we omhoog richting Port Douglas gereden. Hier hebben we op Martine haar verjaardag een snorkeltrip gemaakt naar het Great Barrier Reef. Het GBR is één van de mooiste riffen ter wereld waar veel verschillende soorten vissen en kleuren koraal te bewonderen zijn. De heftige boottrip, vanwege de hoge golven, deed er ongeveer 2 uur over om ons bij het rif te brengen. We gingen op drie verschillende plekken snorkelen die dicht bij een continentale breuk lagen, daardoor was er midden op zee een hele strook branding te zien. Heel apart! Het snorkelen zelf ging prima en met de onderwatercamera hebben we hopelijk mooie fotos gemaakt. O.a. hebben we een zeeschildpad, groepen vissen en een haai gezien! Toen we terug naar de haven vaarden, nog vol van alle indrukken, kregen we de kers op de taart. De boot werd namelijk vergezeld door walvissen die in en uit het water doken. Super! Een mooi cadeautje op Martine haar verjaardag. Boven Port Douglas ligt het Daintree Rainforest, ze zeggen het oudste regenwoud ter wereld. Wat het zo bijzonder maakt is dat het regenwoud eindigt op het strand. Die combinatie is natuurlijk al verbluffend om te zien, maar bij Cape Tribulation voegen ze hier nog iets aantoe, namelijk het rif. Dit is de enige plaats ter wereld waar het regenwoud en het rif samenkomen. En laten ze daar nou net een camping op het strand hebben waar Sven en Martine kunnen slapen (zie foto)! We hebben verschillende trials gelopen door het regenwoud en natuurlijk lekker op het strand gelegen. Op de weg, terug naar het Zuiden, liggen de (Artherton) Tablelands. Een gebergte met mooi uitzicht over wijde vlaktes. Hier hebben we een watervallen circuit gereden met o.a. de Milla Mille falls, de meest gefotografeerde waterval van Australië. Wij zijn de beroertste niet, dus hebben dit aantal even opgeschroefd. Onderweg kwamen we overal borden tegen met opgepast Cassowary. Dit is de op twee na grootste vogel ter wereld (na de struisvogel) en wordt met uitsterven bedreigd. Wat dit beest zo bijzonder maakt is dat het al samenleefde met de dinosaurissen en hij er daardoor heel vreemd uitziet. Sven zou dus stad en land overhoop halen om een glimp van dit beest te zien. 6 dagen, 4 trials, 2 plaatsen en 10 ooggetuigen (die hem gezien hadden) verder gaf hij eindelijk de moed op. Gelukkig maar, want als hij hem de laatste dag nog gezien had dan had hij waarschijnlijk het beest zijn nek omgedraaid. Het enige dat we wel gezien hebben zijn de uitwerpselen en een voetafdruk :-( Verder naar het Zuiden richting Townsville ligt de Wallaman waterval. Dit is de hoogste single- drop waterval van Australië (zie foto). De weg erheen leidt je eerst langs bananen en suikerplantages, voordat je aan de klim begint. De waterval is zeker de grootste die we ooit gezien hebben en met het uitzicht erbij erg mooi! Deze dag eindigden we met een bezoek aan de Tyto Westland, een gebied waar met schemer ontzettend veel Wallabies te zien zijn. We sluiten dit keer graag creatief af met de meest gehoorde uitspraken aan ons adres: - Are you brother and sister, or in a relationship? (waarschijnlijk vanwege de haarkleur) - Goodday, howyah doing? (standaard openingszin) - No worries mates! (types Australiërs) - Oh from the Netherlands, that's lovely - Oh your are so sweet Liefs Sven & Martine

Nationale parken en Florida

Shanadoah National Park Op het vliegveld van Washington hebben we onze huurauto opgehaald waar we de komende 18 dagen mee op pad gingen. We hadden online een auto gereserveerd in de goedkoopst aangeboden klasse, immers moeten we om ons budget denken. Vanuit Nederland hadden we al een tweepersoons tentje meegenomen waarin we op de campings overnachten. Aangekomen bij het depot van de verhuurmaatschappij kregen we inderdaad een kaart met daarop de economy klasse. Met die kaart moesten we naar het bovendek om de auto op te halen. Eenmaal boven zeiden we met een gekke bek dat we de duurste auto gehuurd hadden en wezen naar een soort minibus. De man moest wat lachen, keek hoogstwaarschijnlijk naar Martine haar blonde haren en zei; oké, neem die maar. Natuurlijk geloofden we er niets van, maar nadat hij ons zijn rug toekeerden wisten we niet hoe snel we in die dikke bak moesten kruipen (zie foto). Het volgende doel was om op zoek te gaan naar een Walmart om de resterende campeerspullen op te halen en voedsel in te slaan. Dat bestond o.a. uit potten pastasaus, spaghetti, macaroni en blikken noedelsoep. Later kwamen we met behulp van de navigatie op onze tablet aan in Shanadoah national park. Een park midden in de bossen, vol met wilde dieren. De camping was enigszins verlaten, dus de herten hadden het terrein overgenomen. Bij het maken van het avondeten werden we door een man en vrouw geroepen of we een beer wilde zien. Die zat namelijk te eten in een appelboom. Helaas was die alweer vertrokken toen wij aankwamen. Maar ons doel was gezet: een wilde beer spotten. Dit was dan ook de reden dat we de eerste nacht niet geheel lekker hebben geslapen. Overal om je heen hoorde je beesten en je hebt geen idee wat je allemaal kan verwachten. De tweede dag in het park hebben we een trial gelopen naar een waterval. Door de hitte leidde de 3 uur durende bergloop tot een nat shirt, gelukkig hadden we op deze camping nog een lekkere douche. We bleven 2 dagen op deze camping en we hadden nog geen beer gespot, dus besloten we vroeg in de morgen voordat we vertrokken de wekker te zetten en een rondje te lopen. Die nacht hoorde we om ons tent steeds gegrom, we waren er heilig van overtuigd dat het een beer was. Toen de wekker om 06 uur ging (speciaal gezet om beren te spotten) zijn we opzoek gegaan waar het gegrom vandaan kwam. Wij muisstil in onze pyama die kant oplopen, bleek het dus serieus uit een camper te komen waar waarschijnlijk iemand heerlijk lag te snurken. Dus met gierende banden van de camping af op naar de Blue Ridge Parkway. De Blue Ridge Parkway is naar Amerikaanse smaak één van de mooiste wegen in hun land. De weg loopt door een groene strook van bossen en verbindt Shanadoah np met de Great Smokey Mountains. Dit betekent dat je op de weg niet harder mag dan 65 km per uur en dat 450 miles lang op alleen maar kronkelwegen. We werden dan ook enigszins raar aangekeken toen we een ranger vertelde dat we hier twee dagen over wilde doen. Natuurlijk had hij geen idee van onze stuurkunsten, want na 6 uur rijden schoten we al aardig op. De Parkway heeft iets weg van de Franse bergwegen, alleen is het uitzicht op deze weg veel mooier. Je ziet namelijk een decor van groene bergen met daarachter weer bergen zo ver als je oog reikt. Tussen deze berglagen hangt een blauwe gloed die het uitzicht een beetje dromerig maakt, vandaar waarschijnlijk ook de naam 'blue' rigde parkway. Na die 6 uur rijden gebeurde hetgeen waar we al lange tijd bang voor waren. De langst aanhoudende hitte sinds 1965 moest een keer onderbroken worden en wanneer komt dat slechter uit als Martine en Sven hoog in de stijle bergen rijden? Precies, we werden overspoeld door een waterval aan regen, hagel, onweer en bliksem. Daarbij veranderde de droge weg in een glijbaan waar naaktslakken jaloers op zouden worden en dus besloot coureur Martine de auto veilig op een uitkijkpunt te bonsjoeren. Daar werden we door de wind en regen alleen alle kanten op gegooid en dachten we ooit eens op discovery gezien te hebben dat we beter de storm uit konden rijden. Coureur nr 2 mocht zijn kunsten laten zien, maar ook die scheet 7 kleuren dus parkeerde we de auto op een picknick area naast alle andere gestrandde reizigers. Toen de storm afzwakte bleken we naast onze camping te zijn geparkeerd, waar we die nacht wilde overnachten. De camping zag er alleen uit als een zwemparadijs voor beren en dus niet toegankelijk voor ons poezelige tentje. De motels in het verder gelegen dorp hadden dit helaas ook door en vroegen per nacht rond de 90 a 100 dollar. Wij schrale Hollanders zijn natuurlijk niet gek en besloten ons bakbeest (de auto) slaapproof te maken en te parkeren langs de Blue Ridge Parkway. Die onmogelijke nacht gebeurde het mogelijke dan toch: Martine heeft een wilde beer gespot! Hoe? Ze werd wakker doordat ze de auto heen en weer voelde gaan, keek op en waarrempel daar liep een beer aan de overkant van de weg. Helaas kon ik niet meedelen in de vreugde, want ik sliep prins heerlijk (reclame) en zo vast als een blok in die auto. Echter, bleek dat ik toch een belangrijk aandeel heb gehad. Tijdens de reconstructie de volgende ochtend wees Martine de plek aan waar zij de beer van vandaan zag komen. Blijkt dat toch precies dezelfde plek te zijn waar ik die nacht mijn blaas heb geleegd. Oftewel die beer heeft even aan mijn plas geroken, werd bang en is er vandoor gegaan. Hoeveel mensen kunnen dat nou zeggen? Helaas denkt Martine hier anders over... Maargoed, terug op de Parkway voor de tweede lange dag was de lucht weer opgeklaard en scheen de zon. We vertrokken vroeg in de morgen en hadden super mooie uitzichten. We wisten meteen waarom de smokey mountains zo genoemd werden, want het leek alsof het bos op bepaalde plaatsen aan het roken was. Tussen de bomen uit kwamen er allerlei rookpluimen omhoog die zich samenvoegde in rookwolken die boven dallen bleven hangen (zie foto). In combinatie met de zon een onbeschrijflijk gezicht. Het tweede deel van de route vonden wij zelf ook een stuk mooier dan het eerste deel. Daarbij komt dat we nog geen uur onderweg waren of we zagen één van de weinige tegenliggers aankomen. Bij het naderen bleek dit niet om een auto te gaan maar om een...let op...zwarte beer!!! Doelstelling bereikt. Smokey Mountains National Park Bij aankomst op onze drukke camping (gelukkig) in Smokey mountain np hebben we even de tijd genomen om de tent strak op te zetten. Dat was een goede keuze, want in de nacht werden we wakker van de regen op het tentdoek. Dikke druppels en we konden elkaar amper verstaan zo hard als het ging. Helaas bleek onze tent, waar we de volgende ochtend achterkwamen, niet helemaal waterproef. We wilden dan ook het liefste vertrekken om de zon in Florida op gaan zoeken, maar omdat we al zoveel gereden hebben de afgelopen dagen hebben we toch maar besloten een dag in de kou te blijven en even onze rust te pakken. Deze camping had geen douche, maar aangezien we al 2 dagen niet gedouched hadden zijn we nog even naar een dorpje gereden naar een camping met douches, waar we stiekem gratis hebben gedoucht. De tweede dag hebben we gerelaxed en nog een kleine trial gelopen naar wederom een waterval. Eigenlijk zouden we in dit park 3 dagen blijven maar we hadden eigenlijk alles gezien, wilde geen trials meer lopen door de modder en 's nachts was het zo koud dat we na twee dagen besloten met gierende banden richting Florida te trekken. Florida Vanuit Atlanta zijn we naar St. Augustine gereden. Een plaats aan de oostkust van Florida. Het eerste dat we deden toen we aankwamen was rennend de zee in. Wat hadden we hier naar verlangt na alle warme dagen. De camping waar we verbleven betrof een staatspark dat houdt in: heel netjes en verzorgt, maar in een beschermd park waar veel bomen en rivieren zijn. Blijkt dat nou ook de ideale plaats te zijn waar alle muggen in Florida schijnen te wonen. Gevolg Martine 49 muggenbeten, Sven 8. Volgens ons steken alleen de mannenmuggen, dus vandaar deze rare verhouding. Vanuit St. Augustine zijn we naar Orlando gereden. Onderweg zijn we gestopt bij Daytona Beach omdat dit strand bekend staat de mogelijkheid te hebben om met de auto over het strand te rijden. Dat wilden we natuurlijk een keertje gedaan hebben (zie foto's). Orlando staat natuurlijk bekend om de stad met alle pretparken. Wegens budgettechnische redenen hebben we gekozen om maar naar 1 park te gaan, Disney World. Helaas was dit park vergeleken met Parijs erg klein en meer gericht op kleine kinderen. De parade optochten aan het einde van de avond waren daarom ook het hoogtepunt! Na Orlando zijn we weer terug gereden naar de Oostkust om lekker te chillen op het strand. Via Cape Carnaval en Cocoa Beach zijn we uitgekomen bij Port Pierce (voor de fanatieke Google Maps'ers). Hier verbleven we twee dagen op een camping. De Oostkust zou normaal gesproken een wat ruige zee moeten hebben waar je kunt surfen. Helaas was dit niet het geval. Sven was natuurlijk al eens aan de Westkust van Florida geweest en de stranden zijn daar toch een stuk mooier, breder en meer met een boulevard. Martine wilde dit ook eens zien, dus hadden we besloten om de oversteek te maken. Dit eindigde bij St. Petersburg waar we twee dagen verbleven in een motel bij Treasure Island (we waren de tent meer dan zat). Na twee dagen zijn we weer vertrokken om richting de Everglades National Park te rijden. We hebben hier een tour gemaakt over het moerasgebied met een airboat. Dat is een boot met zo'n propeller achterop. Zeker de moeite waard want je gaat vrij hard, ziet veel (4 alligators) en je gaat ver het park in. Vervolgens hebben we nog een trail gelopen (om alligators te spotten) en daarna hebben we het domste ooit gedaan: overnachten in het park zelf. Er was een staatspark camping in de Everglades aanwezig (bij het water en met bomen), fout 1. Er was rond 17 uur nog niemand anders dan ons te bekennen op de camping, fout 2. Rond 19 uur zagen we alle vogels wegvliegen uit het park richting de zee, fout 3. Om 19.30 begon de schemer op te trekken en vertrokken de gieren (wij bleven zitten en gingen koken), fout 4. Rond 20 uur toen de schemer onze voeten raakten was het raak. Van alle kanten werden we aangevallen door giga hongerige muggen. Serieus waar niet te beschrijven hoe erg. Binnen een minuut zaten we in de auto maar ook daar waren die beesten. We besloten om een klopjacht te houden in de auto om wat terrein terug te winnen. Dat resulteerde in een dak met behang van dode muggen. We waren die nacht dus opgesloten in de auto met de muggen die je gewoon aan de buitenkant op het raam zag zitten wachten op hun kans (het park uitrijden is hier geen optie snachts). Vervolgens kregen we rond 01 uur 's nachts, het moment dat we dachten dat er geen zuurstof meer was in de auto, een heerlijk thunderstorm over ons heen. Oftwel nog meer muggen en weer klaarwakker. De volgende ochtend met gierende banden het park uitgereden met slechts 3 uur slaap en heel veel muggenbeten. We gingen vervolgens naar Key West. Een eiland met het meest zuiderlijke punt van de Verenigde Staten. Om daar te komen rij je over een brug die verschillende eilandjes met elkaar verbind. Een erg mooi gezicht. Nadat we rond gekeken hadden op Key West moesten we die nacht even goed slapen, dus besloten we een motel op te zoeken in Homestead. Vervolgens hebben we nog één dag doorgebracht in Hollywood beach en zijn we nog even in Fort Launderdale geweest (Leuk!), voordat we naar Miami gingen. De twee dagen in Miami waren zeer geslaagd. Miami is echt een leuke, tropische en losse stad. 60% is hier Spaans en dat cultuurtje voel je ook wel een beetje. We hebben hier het art deco district bekeken, de ocean drive en zijn nog even wezen shoppen want dat kan hier heel goed. Helaas hadden we deze dagen geen mooi weer. De reden hiervoor was orkaan Isaac die binnen enkele dagen aan land zou komen. Man, man, wat een happening is dat. Elk programma op tv gaat over de orkaan, burgemeesters die de bevolking toespreken, overal reporters die live verslagen uitbrengen, waar de schuilkelders van de stad zich bevinden, etc. Als toerist in de stad denk je echt dat de aarde vergaat. Gelukkig draaide de orkaan over Cuba via de Key West langs ons. Nou ja langs ons: dat betekent evengoed windsnelheden in Miami van 40 a 50 km per uur, straten onder water en veel overlast. Het waren dan ook twee zenuwslopende dagen omdat we onze vlucht naar New York moesten halen. We vlogen de dag dat Isaac op Key West zou aankomen en het vliegveld van Miami zou sluiten als de storm 30 mph bereikte. Op internet hadden we opgezocht dat de windsnelheid om 10.30 uur (toen wij vlogen), 35 mph was. Gelukkig ging onze vlucht nog, maar op het nieuws in New York hoorde we dat er die dag 700 vluchten gecancelled waren. Geluk moet je afdwingen natuurlijk ;-) en de mega turbulentie onderweg voor lief nemen. Vanmiddag vliegen we naar Cairns in Australië, waarna we zullen afreizen richting het Zuiden. Hier de volgende keer meer over. We sluiten dit verhaal graag af met wat feitjes: - Met de huurauto hebben we 2930 miles afgelegd, meer dan 4700 kilometer - In totaal hebben we meer dan 85 muggenbeten te verwerken gekregen - Martine lag eerder in het water dan Sven (geschokt!) - We hebben 6 wilde alligators gezien - 'We survived hurricane Isaac' - Te vaak bij de McDonalds hebben gegeten - We hebben al meer dan 1400 foto's - Het is naar Cairns ruim 24 uur vliegen. Liefs

New York, Philadelphia en Washington

New York Na een korte overstaptijd van 45 min op London Heatrow, bleek dat onze koffers niet ons tempo bij konden houden. Wij haalden namelijk wel ons aansluitende vliegtuig naar New York, in tegenstelling tot onze koffers. Hierbij moet wel vermeld worden dat we op het vliegveld werden opgewacht door een mevrouw van British Airways, met een officieel bordje met daarop de namen Van Roon en De Graaf. Daar gingen we als echte VIP's langs alle lange rijen. Erg leuk om een keer mee te maken :-) Deze rijke status viel helaas ook de douane op toen zij onze offers voorbij zagen komen. Want bij het openen van de volgende dag aangekomen koffers bleek dat er een luchtje en horloge van Sven miste en twee Rayben brillen van Martine. Wat zullen ze er bij de douane nu toch hip uitzien en lekker ruiken ;-) Een meevaller was dat we voor de vertraagde bagage een vergoeding kregen van $100. Maar gaandeweg de eerste dagen kwamen we er achter dat er nog meer spullen miste uit onze koffers zoals poncho's, emergencie kit, douchegel, shirtjes van Martine etc. Kleine dingen maar voor ons genoeg reden om te besluiten om dit te melden bij de politie. Al met al was de totaalwaarde toch flink opgelopen!   Enfin, in de 7 dagen dat we in NY waren hebben we onze ogen uitgekeken. Ons hotel lag aan Times Square, dus we zaten midden in de drukte en toerisme. Om de stad te verkennen hebben we de eerste 2 dagen een hop-on hop-of bus genomen. Erg relax en meteen een goede indruk van de stad. NY bleek ook echt een grote, multiculturele en verrassende stad te zijn. Voor je rust moet je bijvoorbeeld naar central park, maar de hoogbouw van de aangrenzende stad reist er gewoon bovenuit. In de volgende dagen zijn we achtereenvolgens naar het vrijheidsbeeld en empire state building geweest, over de brooklyn bridge gelopen, in het rockerfeller center geweest voor een gaaf uitzicht, naar het grand central station, drie bekende musea's bezocht, in het indrukwekkende 911 memorial geweest en natuurlijk mocht een dagje windowshoppen niet ontbreken. Wat ons het meeste bij blijft is de aanzicht van de skyline van NY in de nacht, central park en het 911 memorial. We zullen hier wat foto's van opzetten. In totaal hebben we 1 dag regen gehad en de rest van de dagen was het erg warm en zonnig, rond de 30 graden. Erg warm dus in zo'n grote stad, vooral in de metro was het soms erg zweten.   Een erge tegenvaller van NY is toch wel de angst en vrees die er hangt na de aanslag van 911. Dit is vooral te merken bij de toeristische plekken. Zo mogen er geen tassen mee naar binnen, 1 flesje water en wordt je overal door security poortjes onthaald. Verder hebben ze ook de melkert banen uitgevonden, want bij elke controle staan meer beveiligers dan toeristen. Zij nemen helaas hun werk erg serieus want je moet in de rij rechts blijven staan, niet gaan zitten, niet met meer dan twee personen naast elkaar staan, niet bij de uitgang stil staan, niet te hard praten etc. Ook zijn ze dol op het plaatsen van paaltjes en koortjes om alles in het gereel te houden. Dit lokt natuurlijk een kat en muisspel uit. Vooral bij de mensen die niet zo goed met autoriteiten om kunnen gaan (WIJ!). Dat heeft ons 1x bij de hoofd security gebracht, met goed gevolg want we mochten mooi onze lekkere sandwiches (die verdacht veel op een bom leken) mee het museum innemen. Deze angst is ook in de stad terug te zien. Overal hangen er bordjes met wat je wel en niet mag doen. Zelfs een toiletbezoek heeft een max om lange rijen te voorkomen. Positief puntje is dan wel weer dat je ook in NY gewoon door rood mag lopen!   Philadelphia Na 7 dagen zijn we vroeg in de morgen vertrokken met de greyhound bus naar Philadelphia. We hadden van te voren gereserveerd dus konden met gierende banden de stad uitscheuren. Eenmaal aangekomen in Philly wisten we niet wat ons overkwam. Wat een rust en gemoedelijke sfeer in de stad, niet haasten en vriendelijke mensen. Totaal anders dan New York en stiekem genieten we daar eigenlijk ook wel van. Eenmaal van de bus naar het hotel gekomen waren we enigsinds vergeten dat we een hostel geboekt hadden. De verrassing was dus groot toen we de deur opende naar 'onze' kamer. Daar stonden 10 stapelbedden. Juist, om even onze nacht te visualiseren: het laatste dat ik zag voordat het gezamelijke licht uitging waren de ogen van een Chinees waarvan ik nog steeds niet zeker ben of hij ze ogen nou open had of al sliep, als ik me omdraaide schudde Martine boven 360 graden in het rond, er waren mensen die later binnen kwamen en iedereen dus weer wakker maakte en een stapelbed voor iemand van 2 meter is geen goede combinatie! We waren dus blij dat we maar 1 nachtje in de stad bleven.   In Philadelphia hebben we de Independence hall, Liberty bell, City hall en de Philadelphia museum of Art bezocht. Beter te omschrijven dat we een stukje geschiedenis van Amerika hebben aanschouwd. Van de grondwet tot de afschaffing van de slavernij. Mooie gebouwen afwisselend met parken maakte het een lekker dagje.   Washington Na 1 dag Philadelphia zijn we weer vroeg in de ochtend vertrokken met wederom een greyhound bus naar Washington D.C. Bij aankomst was het weer nog altijd 30+ graden, dus om alles te voet te doen is lekker zweten. We besloten daarom om voor de hoofdattractie te gaan waarvoor we naar Washington kwamen, namelijk het witte huis. Een mooi gebouw, maar als je ervoor staat niet zo groot zoals we dat zien in de films.    De tweede dag in de hoofdstad van de Verenigde Staten hebben we flink ons best gedaan om alles te zien. Ons hotel lag ideaal om alles met de voet af te leggen. Eigenlijk doen we de hele reis al niets anders dan lopen, om zoveel mogelijk kosten te besparen. We hebben zelf ook het gevoel dat we aan het deelnemen zijn aan de Olymipsche Spelen. En dat we waarschijnlijk ook nog voor het goud gaan, want de omstandigheden zijn erbarmelijk: vandaag 35 graden, lage druk en weinig zuurstof in de lucht. Om dan 5 uur achter elkaar rond te lopen bewijst van wereldklasse. Goed back to reality: Washington is een erg rustige stad met ontzettend veel mooie en oude gebouwen. Daarnaast zijn er memorials voor gebeurtenissen uit de Amerikaanse geschiedenis. Deze zitten allemaal gevestigd op of rond de National Mall. We begonnen bij het Lincoln Memorial (zie foto), vervolgens langs het Washington Monument, daarna richting de US Capitol (waar de regering huishoud) en onderweg naar het US Capitool liggen er vele musea waar we gratis naar binnen konden. De leukste was die waar opgezette dinosaurussen te zien waren en mammoeten. Tot slot zijn we nog in de grootste bibliotheek van de wereld geweest. Moet je natuurlijk ook eens meemaken. Hier liggen naar het schijnt meer dan 110 miljoen boeken. Hebben we helaas niet kunnen natellen ;) 'S avonds zijn we nog even naar het witte huis terug geweest om te kijken of we Obama in zijn onderbroek konden spotten. Helaas niet, maar ook bij nacht kregen we een mooi aanzicht.   Morgen gaan we de auto ophalen op het vliegveld van Washington. Hier kijken we erg naar uit, omdat we denken dan meer vrijheid te hebben. We zijn dan niet meer afhankelijk van onze voetjes maar kunnen gaan en staan waar we willen. We reizen de komende 6 dagen door de natuur en staan met een tentje op campings. We zullen ZuidWest rijden, uiteindelijk richting Florida. Op de website van de overheid staat een alert voor een verhoogde activiteit van beren in de parken waar wij heen gaan. Daarnaast zitten we 3 dagen op een camping zonder stromend water (hier kwamen wij gisteren achter). Dat lijkt ons genoeg stof om onze volgende belevenissen over te schrijven. Hopelijk lezen jullie het met plezier. Als creatief hoogtepuntje sluiten we af met een paar wist-je-dat'jes.   Wist-je-dat: - We onbedacht heel toeristisch begonnen zijn en het nu steeds rustiger wordt in de steden. Dat vinden wij in ieder geval erg prettig - De zon zo vel is dat je door je kleren heen kan verbranden en dat we nog maar 1 dag regen hebben gehad - We heel blij zijn met wifi en de meegenomen IPhones en Tablet - We het hotel in Washington delen met zwervers (project van de overheid) - New York niet in onze top staat qua bezochte steden deze reis - We met de auto de blue ridge parkway gaan rijden en dat de mooiste route van de VS is. Liefs, xxx Sven en Martine.

Welkom op ons Reislog!

Hallo en welkom op ons reislog!

Dé plaats om op de hoogte te blijven van alle avonturen en ervaringen tijdens deze reis. Vanaf nu zul je hier dan ook regelmatig nieuwe verhalen en foto's vinden, en via de kaart weet je altijd precies waar we ons bevinden en waar we zijn geweest! Meer informatie over onszelf en de reis die we gaan maken vind je in het profiel.

Wil je automatisch een mailtje ontvangen wanneer er een nieuw verhaal of een nieuwe fotoserie op deze site staat? Meld je dan aan voor onze mailinglijst door je e-mail adres achter te laten in de rechter kolom.

We zien je graag terug op het reislog en laat gerust af en toe eens een berichtje achter!

Leuk dat je met ons meereist!

Groetjes,

Sven en Martine